De beroemdste meesterschilder van de Gouden Eeuw Rembrandt van Rijn was zo van slag door het gedrag van de wraakzuchtige Geertje Dirckx, het kindermeisje van zijn zoon Titus, dat hij lange tijd niets kon schilderen. Hij betaalde er uiteindelijk zelf voor om haar ver van Amsterdam in het Goudse tuchthuis krijgen. Dat stond op de plek waar nu de Casimirschool is aan de Groeneweg. Hier bleef Geertje vijf jaar lang opgesloten. De vraag is waarom deze ongeletterde Amsterdamse, die waarschijnlijk met Rembrandt oud had willen worden, in deze vrouwengevangenis belandde.
Plaquette uit 2008 die in Gouda hangt in de Groeneweg.
Sara in verwachting van Tobias. Kennis Gary Schwartz beweert dat dir Geertje is.
Zelfportret van Rembrand, ets gemaakt in deze periode.
Het echtpaar Van Rijn woonde in de Breestraat in hartje Amsterdam. Op de plek waar nu Museum Het Rembrandtshuis is gevestigd in de Jodenbreestraat. Voor zover we kunnen nagaan woonde en werkte Geertje van kinds af in het Moriaanshoofd in Hoorn. Na het overlijden van haar man, scheepstrompetter Abraham Claeszn in 1635, trok ze bij haar broer Pieter in, eveneens een zeeman. Daarvoor werkte ze als kindermeisje bij de familie Beets in Hoorn. De ‘Edamse was klein van stuk maar welgemaakt van wezen en poezel van lichaam’, volgens Rembrandts collega Arnold Houbraken. Rembrandts vrouw Saskia Uylenburg nam Geertje aan als huishoudster en droge min (kinderverzorgster) voor hun pasgeboren zoontje Titus.
Na de dood van Saskia in 1646, bleef Geertje voor het huishouden en van kleuter Titus zorgen. Titus was de erfgenaam zijn moeder. Rembrandt was namelijk onder huwelijksevoorwaarden met de rijke dochter van burgemeester Rombout Uylenburg van Leeuwarden getrouwd, de man die getuige was geweest van de moord op Willem van Oranje. Niet hij zou de bezittingen van zijn rijke vrouw erven, maar hun kinderen. Rembrandt had wel het vruchtgebruik van haar bruidsschat tot Titus volwassen was.
Samenwonen?
Geertje en Rembrandt zochten na de dood van Saskia troost bij elkaar. Naar zeggen gedroeg het koppel zich drie jaar lang als gehuwden. Geertje, voelde zich de vrouw des huizes, droeg de juwelen van Saskia en zag een zekere toekomst als schildersvrouw in het verschiet. Hoe close ze was blijkt wel uit haar testament dat liet ze in 1648 liet opmaken, waarin staat dat Titus haar enige erfgenaam is. Ze tekende met een hakenkruisje.
Toen Rembrandt een jaar later aan de scharrel ging met de twintigjarige, vrolijke huishoudster Hendrickje Stoffels, net twintig, afkomstig uit de Achterhoek, die Geertje nota bene zelf had aangenomen, nam ze ontdaan de kuierlatten.
Van Rembrandts aanbod om eenmalig 160 gulden te betalen en vervolgens 60 gulden per jaar, mits ze haar testament waar het Titus nalatenschap betrof, niet zou wijzigen, wilde Geertje niets weten. Ze bracht Saskia’s juwelen, die ze had mogen dragen, naar de lommerd om handgeld te hebben. Ze vond misschien dat ze daar recht op had, omdat ze in de jaren dat ze samen waren, niet betaald was als huishoudster en kindermeid.
Toen Rembrandt dat hoorde, bood hij haar in bijzijn van een notaris en getuigen eenmalig 200 gulden aan, zodat ze de juwelen terug kon kopen. Hij verhoogde zijn alimentatiebod tot 160 gulden per jaar. Dat weigerde ze eveneens boos en legde vervolgens de ‘verbroken huwelijksbeloften’ voor bij de Commissie voor Huwelijkse Zaken. Hij had haar immers ‘beslapen’ en haar een ring gegeven. Ze eiste dat Rembrandt met haar zou trouwen, of haar de rest van haar leven zou onderhouden.
De commissie ging met Geertje mee en oordeelde dat dat Rembrandt haar 200 gulden per jaar moest betalen en dat ze de juwelen van Saskia mocht houden, onder voorwaarde dan Titusw haar enige erfgenaam bleef. Geertje respecteerde de uitspraak niet en verpandde de juwelen van Titus opnieuw.
Naar het tuchthuis
Op verzoek van haar voogden (haar broer Pieter en haar neef, die op Rembrandts hand waren), legden haar buren toen een getuigenis af bij de Vroedschap. Ze vertelden wat voor frivools zich allemaal afspeelde in het huis waar ze was ingetrokken. Het leverde haar een veroordeling van twaalf jaar opsluiting op.
Rembrandt moet wel achter de aanklacht hebben gezeten. Hij betaalde namelijk uit eigen zak de 140 gulden om haar naar het verre Goudse tuchthuis te laten brengen, waarna hij weer kon ademhalen. De hele affaire had hem namelijk zo aangegrepen, dat hij dat hele jaar geen streek op het doek heeft kunnen zetten.
In het Goudse gesticht ging het niet goed met Geertje. Ze werd zwaar ziek. Dankzij het pleit van haar vriendin Trijntje Jacobs, werd ze het vijf jaar later vervroegd vrijgelaten. Geertje was toen nog niet gebroken; ze ontnam haar broer Pieter de voogdijschap over haar en stapte zelf naar de rechter voor financiële genoegdoening.
Er viel toen niets meer te halen bij Rembrandt. Hij was door gebrek aan opdrachten failliet gegaan en woonde bij Titus en Hendrickje in, die voor hun eigen rekening zijn gravures aan de man brachten. Bij gebrek aan grote opdrachten maakte hij toen namelijk alleen nog etsen en tekeningen. Rembrandt kon niet met Hendrickje trouwen, omdat hij daardoor de zeggenschap over de erfenis van Titus’ moeder zou verliezen.
Kort daarop overleed Geertje in Edam. Ze ging de geschiedenis in als het ‘krankzinnig’ kindermeisje van Rembrandt. De glorieuze meester van de Nederlandse schilderkunst mocht natuurlijk niet historisch in een kwaad daglicht worden gesteld.
Waar of niet waar?
In de vrouwenemancipatie-jaren zestig van de vorige eeuw kwamen er stukken boven water, waaruit moest blijken dat er meer achter de affaire stak. Maar klopt die feministische interpretatie wel?
Rembrandt schilderde met rake streken immers zijn dierbaren, zijn vrouw en zijn enige zoon Titus. Opmerkelijk is dat Geertje nergens op voorkomt. Was ze te onbelangrijk voor hem om te schilderen? Was Rembrandt zo van slag door haar reactie, omdat hij niet had beseft dat ze hem als echtgenoot beschouwde? Zou de 'intieme’ verhouding die ze hadden, alleen in Geertjes hoofd hebben bestaan? Dat ze samen een wandeling maakten, of dat vrienden vonden dat ze zich als de vrouw des huizes gedroeg, bewijst niet zo veel als ze een inwonend kindermeisje was. Ze had zeker geen kind van Rembrandt.
Of had Geertje wél gelijk en heeft Rembrandt alles waar ze op stond afgebeeld vernietigd? Of staat ze achteraf toch op een aantal werken, zoals sommigen beweren?
Schilderij Danaë oorspronkelijk geschilderd in 1636, mogelijk bewerkt in 1643 door Rembrandt zelf. Het schilderij werd door een bezoeker met zwavelzuur zodanig beschadigd dat het twaalf jaar kostte om het te restaureren. Bij de presentatie in de Hermitage werd gesuggereerd dat de vrouw eerst het gezicht van Sakia had, maar hij dit later heeft overgeschilderd met het gezicht van Geertje.
Rembrandt - The Yorck Project (2002) 10.000 Meisterwerke der Malerei (DVD-ROM), distributed by DIRECTMEDIA Publishing GmbH. ISBN: 3936122202.
Schetsje van Rembrandt uit de tijd dat Geertje bij hem woonde.
Kijk zijn zoon Titus naar zijn overleden moeder?
Die lijkt echter niet op de vrouw op de tekening.
Het kan Titus zijn die naar een slapende Geertje kijkt.
Reactie plaatsen
Reacties